Ook een duit in ’t zakje doen
meespreken in de ene of andere zaak; waar over iets gesproken wordt ook een woordje zeggen, bepaaldelijk om een beschuldiging te verzwaren; eig. zijn aandeel in iets betalen, en vandaar recht van meepraten hebben. De uitdr. zinspeelt op de collecte in de kerk. Vgl. de Zuidndl. zegswijze: een oordje in ’t schotelken leggen, mede zijn woord spr...