listig
listig - Bijvoeglijk naamwoord 1. in staat en bereid om iemand te misleiden ♢ Een listige danser bestal afgelopen nacht een 21-jarige Brusselaar in de Zeelstraat Woordherkomst afgeleid van list met het achtervoegsel -ig Synoniemen doortrapt, gewiekst, slim, uitgeslapen