Wat is de betekenis van Kinderen?

2023-10-02
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kinderen

kinderen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kind Woordherkomst afgeleid van kind met het achtervoegsel -eren (1) Synoniemen kinders

2023-10-02
De A is van Amalia, die is allochtoon. ABC van

Hans Kaldenbach (2007)

Kinderen

In vrijwel de hele niet-westerse wereld is het hebben van veel kinderen een noodzakelijke vorm van levensverzekering. Wie anders moet er voor de ouders zorgen op hun oude dag? Het hebben van veel kinderen geeft ook status. In de niet-westerse wereld begrijpen ze er niets van als westerlingen zeggen dat ze geen kinderen willen. Hoe kan je zo’n gesch...

Direct toegang tot alle 8 resultaten over Kinderen?

Word nu vriend van Ensie
2023-10-02
Voor rede vatbaar:.
een filosofisch woordenboek voor Nederland

Paul Frentrop (2001)

Kinderen

Een actuele vraag in het Midden-Oosten is of kinderen toestemming van hun ouders behoeven om zelfmoordterrorist te worden. Geen sprake van, aldus Mustafa Oetman Achmed Mohammed Abu-el-Jazid: ouders mogen geen barrière vormen tussen hun kinderen en het paradijs. De meeste moslims zijn het niet met hem eens en menen dat kinderen die martelaar...

2023-10-02
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kinderen

(kinderde, heeft gehinderd), kinderen krijgen, kramen: zij kindert niet meer, is boven de jaren.

2023-10-02
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Kinderen

1° Ant. Joh. der, →-Derkinderen. 2° Simon Henricus der, voornaam Indisch rechterlijk ambtenaar. * 7 Mei 1823 te Den Haag, ✝ 2 December 1898 aldaar. Was sedert 1872 lid van den Raad van N.I. Hij is sedert 1863 energiek werkzaam geweest voor de regeling van het rechtswezen in de Buitengewesten. Werken: De algem. verord. tot regeling v....

2023-10-02
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Kinderen

KINDEREN, (kinderde, heeft gekinderd), kinderen krijgen, kramen zij kindert niet meer, is boven de jaren.

2023-10-02
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Kinderen

Kinderen, ow. gel. (ik kinderde, heb gekinderd), kinderen krijgen, kramen; zij kindert niet meer, is boven de jaren. *...BEGRIP, *...VERSTAND, o. gmv.

2023-10-02
Etymologicum 1573

Cornelis Kiliaan (1573)

kinderen

Pueri, proles, pignora, soboles, liberi.