Wat is de betekenis van kalebas?

Het begrip kalebas heeft 2 verschillende betekenissen: 1) soort klimplant. klimplant uit de komkommerfamilie, die kalebasvruchten voortbrengt. 2) vrucht van de kalebasplant. grote, vaak dikbuikige, groene, gele of oranje vrucht van de kalebasplant.

1) (1914) (sold.) hoofd. Eigenlijk een soort van platte, biezen mand. Syn.: dak*, ketel*, okkernoot*, raap*. • Kalebas: hoofd. (Jac. van Ginneken: Handboek der Nederlandsche taal. Deel II. De sociologische structuur onzer taal II. 1914. Soldatentaal) • (H. Mullebrouck: Vlaamse volkstaal. 1984) 2) (1984) (Vlaanderen, inf.) neus. V...

UIT: Gratis Museumdag in het Afrika Museum (CultuurNet, 16 oktober 2009) CONTEXT: Waterdrums zijn uniek in hun vorm en geluid. Twee grote KALEBASSEN die gevuld zijn met water, waarop twee omgekeerde kalebassen drijven, worden met twee zachte stokken bespeeld. Door het in trilling gebrachte water ontstaat er een bijzonder geluid. : tot de komkomme...

kalebas - Zelfstandignaamwoord 1. houtige, vaak holle schijnvrucht

kalebas - zelfstandig naamwoord uitspraak: ka-le-bas 1. grote ronde vrucht van een klimplant uit de komkommerfamilie ♢ in de herfst kun je overal kalebassen kopen Zelfstandig naamwoord: ka-le-bas de kalebas ...

Een tot de z.g. ‘vruchtgroente’ behorende ronde of langwerpige gekweekte komkommervrucht. Wordt ook wel ‘pompoen’ genoemd en komt in vele variëteiten voor.

[Fr. calebasse, van Sp. calabaza, missch. van Perzisch kharbuz= meloen] soort pompoen.

(kalbas) komkommerachtige plant; vrucht van die plant, pompoen; gedroogde bast van die vrucht

kalebas - Vrucht met harde schil van diverse plantensoorten, in het bijzonder de Lagenaria siceraria waarvan de gedroogde schil wordt gebruikt voor kommen en gebruiksvoorwerpen.