Wat is de betekenis van Hall?

2024-04-28
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

hall

(zelfstandig naamwoord) [alg.] hal - Je koffers staan al in de hal.

2024-04-28
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Hall

[Eng.] vestibule; grote zaal; hal.

2024-04-28
Lexicon Nederland en België

Liek Mulder (1994)

Hall

Hall, Floris Adriaan, (sinds 1856) baron van, Nederlands staatsman, *15.5.1791 Amsterdam, +29.3.1866 's-Gravenhage. De Amsterdamse advocaat Van Hall was minister van Justitie (1842-1844) en minister van Financiën (1844-1847). Hij wist in laatstgenoemde functie een staatsbankroet te voorkomen door een zogenaamde vrijwillige staatslening tegen lage r...

2024-04-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Hall

hal

2024-04-28
Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Hall

Walraven van (Amsterdam 1906 Haarlem 1945). Verzetsman in de Tweede Wereldoorlog. landelijk belangrijk als leidend financier van het Nationaal Steunfonds. Dit fonds, opgericht 1942 voor de steun aan onderduikers en bijvoorbeeld zeemansvrouwen, werd van grote betekenis na de spoorwegstaking van 1944. Van Hall stond wat betreft de geldverstrekking aa...

2024-04-28
De grote encyclopedie van het antiek

Jan Durdik en anderen (1970)

Hall

(Tirol), meest succesvolle Oostenrijkse glashut à la façon de Venise, in 1543 in Hall (nabij Innsbruck) gesticht. De kommen, glazen, vazen en tazze geblazen in blauw, groen en ongekleurd glas, deels met de diamant gegraveerd. deels beschilderd, behoren tot de beste van hun tijd. Tegen het eind van de 16de eeuw kwam de glashut onder de...

2024-04-28
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Hall

hall, grote zaal; overkapping.

2024-04-28
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

hall

hal; vestibule; zaal; eetzaal; slot, huizing; gildehuis; stadhuis; college.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Hall

galm, klank.