Wat is de betekenis van Gelijke?

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

gelijke

m. en v. -n (persoon van dezelfde rang, stand enz.): ga om met uws gelijke, d. i. noch met uw meerdere, noch met uw mindere; onz. dat heeft niet zijns gelijke.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gelijke

(gə'lijkə) m. en v. (-n) persoon van gelijke rang of stand : ga om met uws -; zijns niet hebben, niet vinden, door niemand geëvenaard worden.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

gelijke

v./m. (-n), 1. persoon die iemand evenaart in rang, stand of macht, in bekwaamheid of talent enz.: met zijn gelijken omgaan; zijns — niet hebben (of vinden), door niemand geëvenaard worden; 2. persoon van dezelfde soort.

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Gelijke

GELIJKE, m. en v. (-n), persoon die iem. evenaart in rang, stand of macht, in bekwaamheid of talent enz. met zijne gelijken omgaan; uwe gebreken hinderen niemand: noch uwe meerderen, noch uws gelijken, en minst van al uwe minderen; — al is Jan Pieters dood, daar leeft nog zijns gelijke, al is een der wakkerste strijders gevallen, er blijven n...

2024-04-26
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)