Wat is de betekenis van extra?

2024-12-14
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-12-14
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

extra

(2024) (< Am.-Eng. sl.) (straattaal) overdreven; over the top. • Doe eens niet zo extra. Doe eens niet zo over de top. Extra: over de top. Afkomstig uit de Engels-Amerikaanse straattaal. (Straattaal Scheurkalender 2025)

2024-12-14
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

extra

extra - Zelfstandignaamwoord 1. hetgeen men erbij krijgt Het bedrijf had extra veel winst gemaakt zodat er voor het personeel ook wel een extraatje afkon in de vorm van een ruime winstuitkering. extra - Bijvoeglijk naamwoord 1. bijkomend. U krijgt...

2024-12-14
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

extra

extra - zelfstandig naamwoord uitspraak: eks-tra 1. onverwacht en anders dan normaal ♢ we krijgen af en toe een extraatje van de baas 2. nog iets erbij, een grotere hoeveelheid dan gewoonlijk ...

2024-12-14
Jargon & Slang van Televisiemakers

Marc de Coster (2017)

Extra

Extra - figurant, iemand die in beeld komt zonder tekst.

2024-12-14
Papiaments woordenboek

Papiaments woordenboek

extra

extra

2024-12-14
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Extra

boven het gewone; bijzonder; buiten

2024-12-14
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Extra

beteekent in samenstellingen en losse uitdrukkingen „buiten”.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-12-14
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Extra

buiten, buitengewoon, bijzonder.