Wat is de betekenis van eerbied?

2025-02-12
Woordenboek Nederlands - Marokkaans Arabisch

Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press

2025-02-12
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2025-02-12
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

eerbied

eerbied - Zelfstandignaamwoord 1. een gevoel van bewondering Hij had veel eerbied voor de oude man. Woordherkomst samenstelling van eer en bied(werkwoord) Verwante begrippen egards, ontzag, respect

2025-02-12
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

eerbied

eerbied - zelfstandig naamwoord uitspraak: eer-bied 1. gevoel van bewondering en ontzag ♢ met eerbied keken ze naar de paus Zelfstandig naamwoord: eer-bied de eerbied

2025-02-12
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

eerbied

hoogagting, ontsag.

2025-02-12
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Eerbied

s., earbied, ûntsach (it).

2025-02-12
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2025-02-12
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Eerbied

m., g. mv., 1. gevoel van bewondering om meerderheid, inz. op geestelijk of zedelijk gebied: eerbied voor iemand gevoelen; daar moet je eerbied voor hebben; eerbied voor het gezag; — als beleefdheidsterm: met alle, met verschuldigde eerbied; — akte van eerbied, akte die men passeert voor de kantonrecht...

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-02-12
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

eerbied

m. (gevoel van bewondering, verering, hoogachting; ontzag); België: akte van eerbied, waarbij door het kind toestemming wordt gevraagd tot een huwelijk.