dompelaar
1) (19e eeuw) (Vlaanderen) sukkelaar, stumper. • Zonder mijne liefde voor de dochter van pasmans, zonder het verlangen voort te komen mij door die liefde ingegeven, leerde ik lezen noch schrijven, volgde de lessen niet der navigatieschool en bleef naar allen schijn een arme dompelaar, gelijk kaat van den brande vroeger te regt aanmerk...