dompelaar

betekenis & definitie

sukkel, stumper

Zo kan het gebeuren dat levensgevaarlijke moordenaars, die zich met de hulp van de klassieke psychiatrie, aan de sanctie wisten te onttrekken, na twee of drie commissies alweer op vrije voeten lopen, terwijl de pechvogel, de dompelaar die in een ogenblik van verwarring een fiets stal, twintig jaar blijft zitten, doodgewoon omdat hij veertig keren aan een stuk pech had, veertig keren aan een stuk op een uiterst deskundig Polleke Ghysbrecht is gestoten.
(Jean Pierre van Rossem, Libertijnse breekpunten)

Geen Algmeen Nederlands
Gangbaarheid: 2
Vlaamsheid: 1