Wat is de betekenis van doekje?

2024-04-25
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Doekje

Zie Doede

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

doekje

doekje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord doek

2024-04-25
Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Doekje

v -> Doede (Fri.).

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Doekje

o. (-s), kleine doek ; — zegsw.: er geen doekjes om winden, het niet verheimelijken of verbloemen, ronduit er mede voor den dag komen ; — dat is slechts een doekje voor het bloeden, een uitvlucht, een verzinsel, een mooi praatje om het pijnlijke van iets, inz. een gezegde weg te nemen ; (ook) waarachter men zijn spijt wil...

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Doekje

o. (-s), kleine doek; (zegsw.) er geen doekjes om winden, het niet verheimelijken of verbloemen, ronduit ermee voor de dag komen; dat is maar een doekje voor het bloeden, een uitvlucht, een verzinsel, een mooi praatje om het pijnlijke van iets, m.n. een gezegde weg te nemen; (ook) waarachter men zijn spijt wil verbergen; een open-doekje, applaus bi...