Wat is de betekenis van Bedijken?

2024-04-26
Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

BEDIJKEN

Aanleggen van dijken ter bescherming van gronden tegen overstromen door het buitenwater, meestal uit een oogpunt van landaanwinning. Uiteraard komen in hoofdzaak alleen zeekleipolders door bedijking tot stand. Algemeen wordt thans aangenomen dat voor het jaar 1000 geen volwaardige zeedijken in zuidwest Nederland zijn aangelegd. In Zeeland zijn sind...

2024-04-26
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Bedijken

Met een dijk omringen of afsluiten van: a. aanwassen, opwassen of andere buitendijkse gronden (z. Landaanwinning); b. reeds binnen de zee- of rivierwaterkering gelegen gronden, die tot dusver boezemland geweest zijn; c. veenplassen, meren of diepere gedeelten van de zee met de bedoeling deze droog te malen en een droogmakerij te vormen. Heeft mee...

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bedijken

v., bidykje, yndykje.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bedijken

(bedijkte, heeft bedijkt), 1. met dijken omringen: laag gelegen land, stikgronden, een polder bedijken; 2. met een dijk afsluiten, met het doel om droog te maken of in te polderen: een golf, een zeeboezem bedijken ; 3. dijken leggen langs : een rivier bedijken.

2024-04-26
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Bedijken

betekent met een dijk tegen water van buiten beschermen. Men gaat over tot het bedijken van: 1. gorzen, schorren of kwelders, zgn. nieuwe gronden, langs de benedenrivieren, zeeboezems en wadden, wanneer zij daartoe rijp zijn, d.w.z. in het algemeen tot de hoogte van dagelijks hoog water aangewassen of opgeslikt zijn en dan hoog genoeg liggen, dat n...

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bedijken

bedijkte, h. bedijkt (met een dijk of dijken omgeven, een dijk of dijken langs iets leggen): een streek lands bedijken, een meer bedijken en droogmalen.

2024-04-26
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Bedijken

het omringen met een dijk of dam van een door aanslibbing verhoogd gedeelte van den zee- of rivierbodem. > Aanwas.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bedijken

(bə'dijkən) (bedijkte, heeft bedijkt) 1. een dijk er omheen leggen : een meer - en droogleggen. 2. een dijk er langs leggen : een rivier -. Syn. indijken, inpolderen, omdijken bedijker m. (—s).

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bedijken

(bedijkte, heeft bedijkt), 1. met dijken omringen: laaggelegen land, slikgronden, een polder bedijken; 2. met een dijk afsluiten, met het doel droog te maken of in te polderen: een golf, een zeeboezem bedijken; 3. dijken leggen langs: een rivier bedijken.