basis
basis - zelfstandig naamwoord uitspraak: ba-sis 1. waarop het steunt ♢ dit is de basis van het bouwwerk 2. wat vastligt, waar je van uit gaat ♢ dit gegeven vormt de basis voor ons besluit...
Muiswerk Educatief (2017)
basis - zelfstandig naamwoord uitspraak: ba-sis 1. waarop het steunt ♢ dit is de basis van het bouwwerk 2. wat vastligt, waar je van uit gaat ♢ dit gegeven vormt de basis voor ons besluit...
Frits Conijn & R.M. van Poll (2003)
basis - Term die in de Verenigde Staten wordt gebruikt om het verschil aan te geven tussen contante prijzen en de futuresprijzen.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Gr. = schrede, gang, ook: datgene waarop men stapt of staat; grond, voetstuk; van bainein = stappen, gaan; Lat. basis = alles waarop iets rust] 1 datgene waarop een voorwerp rust of steunt, voet, grondvlak, grondslag; 2 (wisk.) grondlijn van een wiskundige figuur (bijv. driehoek) of grondvlak van een wis...
drs. L.A. Beeloo (1981)
1. grondslag of uitgangspunt, b.v. de basis voor de onderhandelingen werd vastgelegd; 2. meetkundig: grondlijn of grondvlak van figuren of lichamen; 3. rekenkundig; grondgetal van een macht, b.v. bij 63 is 6 het basisgetal.
H.J. Terblanche - M.A., D. Litt
grondslag, grondvlak, fondament, voetstuk; grondgetal (logaritme); versterkte terrein (operasies van vloot of leer).
Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)
grondslag, grondvlak, voetstuk; scheikundige verbinding met zuurstof die met een zuur verbonden, een zout vormt (meest base genoemd),
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: