Arbeidstijd
m. (-en), werktijd, duur van de tijd voor de dagelijkse arbeid der werklieden bestemd.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip arbeidstijd heeft 2 verschillende betekenissen: 1) werkperiode in een dag. deel van een dag tussen bepaalde tijdstippen waarin iemand arbeid presteert of geacht wordt te arbeiden. Vaak in het meervoud. 2) hoeveelheid tijd om te werken. hoeveelheid tijd gedurende welke iemand arbeid presteert; tijdsduur dat iemand we...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Muiswerk Educatief (2017)
arbeidstijd - zelfstandig naamwoord uitspraak: ar-beids-tijd 1. hoe lang het werk duurt ♢ koffie drinken hoort niet bij de arbeidstijd Zelfstandig naamwoord: ar-beids-tijd de arbeidstijd ...
Digischool (2010)
Arbeidstijd is de tijd die men besteed aan het werken om de kost te verdienen. In Nederland meestal 40 uur, verminderd met 2 uur arbeidstijdverkorting. Omdat men tegenwoordig steeds minder tijd hoeft te besteden aan de arbeid blijft er meer vrije tijd over. Kan men vaker 'uit' gaan.
drs. L.A. Beeloo (1981)
In de laatste honderd jaar is de arbeidstijd steeds verder ingekrompen om de arbeidende mens te beschermen. Deze heeft daardoor ook meer vrije tijd voor ontspanning gekregen. De arbeidstijd wordt geregeld in de wet. In 1919 werd de totale werktijd in Nederland gebracht op 48 uur per week, d.w.z. een achturige werkdag. Toen de vrije zaterdagmiddag w...
Winkler Prins (1949)
de tijd dat in loondienst gewerkt mag worden. Sedert 19e eeuw in verschillende landen voorwerp van Overheidszorg. In Ned. voor het eerst bij Arbeidswet 1889. Aanvankelijk golden beperkingen alleen voor vrouwen en jeugdige personen, later ook voor mannen (sedert Arbeidswet 1919, daarvóór reeds voor bepaalde categorieën als caisson...
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
vormt een der belangrijkste onderdelen van de arbeidsvoorwaarden en sedert het kapitalisme een onderwerp van velerlei onderzoeking en strijd. In het vóórkapitalistische tijdvak werd gewerkt van zonsopgang tot zonsondergang, maar met vele onderbrekingen (tal van feestdagen) en weinig intensief. Het kapitalisme gaf de leiders der voortbrenging de nei...
D.C. van der Poel (1940)
Met, en naarmate van, de overgang van extensieve naar intensieve arbeid ← treedt het vraagstuk van de A., zoowel vanuit medisch als economisch en sociaal oogpunt meer op de voorgrond. De grens van de A., die bepaald wordt door voor de gezondheid schadelijke werking bij overschrijding, ondergaat bovendien een wijziging met toeneming van het soc...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: