Wat is de betekenis van antwoorden?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

antwoorden

antwoorden - Werkwoord 1. (inerg) het geven van een antwoord Heb jij hem al geantwoord? De leerlingen antwoordde de vraag van de leraar geheel correct. antwoorden - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord a...

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

antwoorden

antwoorden - regelmatig werkwoord uitspraak: ant-woor-den 1. iets zeggen of schrijven op een vraag ♢ hij wist niet wat hij op deze vraag moest antwoorden Regelmatig werkwoord: ant-woor-den ik antwoord ...

2024-04-26
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

antwoorden

bij leer- en schoolboeken: al dan niet bijgebonden antwoorden op de in het boek voorkomende vragen en opgaven, in het bijzonder in voor de docent bestemde exemplaren. - oplossingen; docentenboek.

2024-04-26
Journalistiek begrippenlijst

Henk Vreekamp (1989)

Antwoorden

zie Vragen.

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Antwoorden

v., antwurdzje, anderje, werom sizze.

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Antwoorden

(antwoordde, heeft geantwoord), 1. ten antwoord geven (overg.): hij antwoordde mij, dat hif de zaak in overweging zou nemen; wat zal ik hun antwoorden? — (onoverg.) een antwoord geven: ik zal hun dadelijk antwoorden; ik antwoord op zulke vragen niet; (bijb.) Jezus antwoordende zeide, gaf ten antwoord; — (sche...

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

antwoorden

antwoordde, h. geantwoord (antwoord geven); iem. op een vraag antwoorden; op een brief antwoorden; mondeling antwoorden, schriftelijk antwoorden.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

antwoorden

('antwo:rdən) (antwoordde, heeft geantwoord) antwoord geven: iemand op een vraag -; met een vuistslag -. Syn. beantwoorden, hernemen, hervatten. Tgst. vragen. antwoorder m. (-s). antwoordster ('antwoortstər) v. (-s).