antwoorden
antwoorden - Werkwoord 1. (inerg) het geven van een antwoord ♢ Heb jij hem al geantwoord? ♢ De leerlingen antwoordde de vraag van de leraar geheel correct. antwoorden - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord a...
Wiktionary (2019)
antwoorden - Werkwoord 1. (inerg) het geven van een antwoord ♢ Heb jij hem al geantwoord? ♢ De leerlingen antwoordde de vraag van de leraar geheel correct. antwoorden - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord a...
Muiswerk Educatief (2017)
antwoorden - regelmatig werkwoord uitspraak: ant-woor-den 1. iets zeggen of schrijven op een vraag ♢ hij wist niet wat hij op deze vraag moest antwoorden Regelmatig werkwoord: ant-woor-den ik antwoord ...
dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)
bij leer- en schoolboeken: al dan niet bijgebonden antwoorden op de in het boek voorkomende vragen en opgaven, in het bijzonder in voor de docent bestemde exemplaren. - oplossingen; docentenboek.
Van Dale Uitgevers (1950)
(antwoordde, heeft geantwoord), 1. ten antwoord geven (overg.): hij antwoordde mij, dat hif de zaak in overweging zou nemen; wat zal ik hun antwoorden? — (onoverg.) een antwoord geven: ik zal hun dadelijk antwoorden; ik antwoord op zulke vragen niet; (bijb.) Jezus antwoordende zeide, gaf ten antwoord; — (sche...
M. J. Koenen's (1937)
antwoordde, h. geantwoord (antwoord geven); iem. op een vraag antwoorden; op een brief antwoorden; mondeling antwoorden, schriftelijk antwoorden.
Jozef Verschueren (1930)
('antwo:rdən) (antwoordde, heeft geantwoord) antwoord geven: iemand op een vraag -; met een vuistslag -. Syn. beantwoorden, hernemen, hervatten. Tgst. vragen. antwoorder m. (-s). antwoordster ('antwoortstər) v. (-s).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: