Afstaan — (van iets) afstand doen
Zijn bezit of zijne aanspraak opgeven, laten varen. Afstaan en afstand doen van iets worden door elkaar gebruikt. Men staat iets af aan een ander, die het voor een zeker doel kan gebruiken. Men doet er afstand van, wanneer men alle mogelijke aanspraken op iets laat varen en aan een ander overlaat om het te gebruiken ol niet. Ik wil u mijne kamer af...