Wat is de betekenis van Afscheiding?

2023-12-09
Seks & Drugs woordenboek

BNNVARA (2022)

Afscheiding

Heb je een vagina? Dan heb je net als elke andere vrouw afscheiding. Hoera! Waarom hoera? Afscheiding voert dode cellen en schadelijke bacteriën af en helpt zo vaginale infecties voorkomen. Oftewel: afscheiding houdt de poes gezond. In alle geuren en kleuren Afscheiding heb je in verschillende kleuren, geuren en diktes. Dit hangt samen met je...

2023-12-09
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afscheiding

afscheiding - Zelfstandignaamwoord 1. wat afgescheiden wordt, wat uiteen gaat De afscheiding van melk bij de moeder hield op toen het jong gespeend werd. 2. datgene wat zaken scheidt Ze brachten een afscheiding aan tussen de twee delen van de weide door m...


Direct alle 20 resultaten bekijken?

Word vriend van Ensie!

2023-12-09
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

afscheiding

afscheiding - zelfstandig naamwoord uitspraak: af-schei-ding 1. datgene waardoor het ene gebied van het andere gescheiden wordt ♢ onze tuinen zijn afgescheiden door een haag 2. vloeistof die vrijkomt ...

2023-12-09
Memo Educatie

Uitgeverij Malmberg (2004)

Afscheiding

Tussen december 1860 en april 1861 besloten elf zuidelijke staten om zich af te scheiden van de Verenigde Staten.

2023-12-09
Lexicon Nederland en België

Liek Mulder (1994)

Afscheiding

Afscheiding, de uittreding uit de → Nederlandse Hervormde Kerk in 1834 door een groep gelovigen onder leiding van dominee De Cock in Ulrum, uit verzet tegen het Algemeen Reglement van 1816, waarbij koning Willem I het bestuur van de Nederlandse Hervormde Kerk had geregeld. Het was een volksbeweging, die terug wilde naar het oude, dat wil zeggen her...

2023-12-09
Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

AFSCHEIDING

Uittredingsbeweging uit de Hervormde Kerk. De Afscheiding van 1834, bedoeld om ‘weer te keren tot de leer, tucht en dienst der vaderen’ kwam in Zeeland laat op gang. Hoewel het bloeiende gezelschapsleven velen hiervoor ontvankelijk had gemaakt, hadden in het begin van 1836 nog maar enkele tientallen volwassenen in de gehele provincie aa...

2023-12-09
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Afscheiding

1. noemt men het uitscheiden van stoffen in mens, dier en plant. Zij kunnen gasvormig, vloeibaar of vast zijn. Wanneer de afgescheiden stoffen het lichaam verlaten, heten zij excreta, b.v. de urine van mens en dier. Blijven zij in het lichaam en verrichten zij daar bepaalde taken, dan heten ze secreta, b.v. het speeksel, dat door de speekselklieren...

2023-12-09
Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Afscheiding

de afscheiding van de Ned. Hervormde Kerk in 1834 door ds. De Cock te Ulrum. uit verzet tegen het Algemeen Reglement van 1816, waarbij Willem I het bestuur van de Ned. Hervormde Kerk had geregeld. Het was een volksbeweging, die terug wilde naar het oude. d.w.z. herstel van dc Dordtse Kerkorde. Zij stichtte 1834 de Christelijk Gereformeerde Kerk. De...

2023-12-09
Biologische encyclopedie

G. Th. van Kempen (1974)

afscheiding

of secretie, afgeven naar buiten of aan de lichaamsholten van door kliercellen gemaakte stoffen. Speciaal worden stoffen bedoeld die nuttig zijn voor het organisme.

2023-12-09
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

AFSCHEIDING

De scheuring in de Herv. kerk, ontstaan in 1834, toen ds. H. de Cock te Ulrum in conflict kwam met de kerkelijke besturen wegens het dopen van kinderen uit andere gem. en het schrijven van een brochure. De oorzaken lagen evenwel dieper. Reeds in de vorige eeuwen waren er tegenstellingen tussen de strenge gereformeerden en de moderaten, in Frl. wel...

2023-12-09
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

AFSCHEIDING

is de naam voor de scheuring, die zich in 1834 voltrokken heeft in de Ned. Herv. Kerk. Zij ging uit van een groep eenvoudige Gereformeerden, overwegend gevestigd in het Noorden des lands, die trouw begeerden te blijven aan de drie formulieren van enigheid, en die bezwaar hadden tegen de in 1816 aan de Kerk opgelegde bestuursorganisatie. Aanleiding...

2023-12-09
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Afscheiding

1. verzamelnaam voor alles wat uit het lichaam of uit een orgaan te voorschijn komt: zowel secretie als excretie (hormonen, etter, slijm, exudaat enz.); 2. ook speciaal gebruikt voor witte vloed (fluor albus), een te sterke afscheiding van de schede.

2023-12-09
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afscheiding

s., ôfskieding.

2023-12-09
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afscheiding

v. (-en), 1. de daad van afscheiden: men liet greppels en sloten graven tot afscheiding der landerijen ; 2. (scheik.) afzondering uit een verbinding : afscheiding van bezinksel, zuren ; — (physiol.) de afscheiding van slijm, speeksel; 3. scheiding die tussen voorwerpen, ruimten of personen bestaat: de strenge afschei...

2023-12-09
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Afscheiding

(1), de gebeurtenis van 13 Oct. 1834, toen de kerkeraad der N. Herv. kerk te Ulrum zich van dit lichaam afscheidde. Leiders: ds H. de Cock, ds H. P. Scholte e.a. Aanvankelijk door regering niet erkend en vervolgd. De huidige Chr. Geref. Kerk en gedeeltelijk de „Geref. Kerken” hieruit voortgekomen;(2) die van 1830-'31, toen Belgi&e...

2023-12-09
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Afscheiding

duidt in de rechtswetenschap aan het door zichtbare tekenen op een onroerend goed aangeven waar de grens daarvan is (1); in de geneeskunde de vorming van chemische stoffen in de levende cellen van het dierlijke of menselijke organisme (2); in de kerkgeschiedenis de scheuring van een kerkgenootschap, in het bijzonder het na 1834 uittreden der gerefo...

2023-12-09
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

afscheiding

v. -en, afscheidinkje; 1. het afscheiden: afscheiding van vetten; 2. de scheiding tussen personen enz.: de strenge afscheiding der kasten in; 3. hetgeen de afscheiding maakt: een hek, een sloot, rasterwerk of een andere afscheiding.

2023-12-09
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Afscheiding

de splitsing van 1834 bij de Ned. Hervormden.

2023-12-09
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afscheiding

('af) v. (–en; ...dinkje) I. Eig. het afscheiden. II. Metn. 1. het afgescheiden zijn : de – tussen de verschillende standen. 2. wat afscheidt : een sloot als – tussen de beide stukken land.

2023-12-09
Polulaire Geneeskundige Encyclopaedie

Dr. Ch. Bles (1929)

Afscheiding

zie Secretie.