Gepubliceerd op 31-10-2017

afscheiding

betekenis & definitie

afscheiding - Zelfstandignaamwoord
1. wat afgescheiden wordt, wat uiteen gaat
De afscheiding van melk bij de moeder hield op toen het jong gespeend werd.
2. datgene wat zaken scheidt
Ze brachten een afscheiding aan tussen de twee delen van de weide door middel van een hek.
3. het uiteengaan van twee organisaties of staten
De spanningen in het koninkrijk van Willem I leidden tot de afscheiding van België.

Woordherkomst
Naamwoord van handeling van afscheiden met het achtervoegsel -ing