Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Afscheiding

betekenis & definitie

de afscheiding van de Ned. Hervormde Kerk in 1834 door ds.

De Cock te Ulrum. uit verzet tegen het Algemeen Reglement van 1816, waarbij Willem I het bestuur van de Ned. Hervormde Kerk had geregeld. Het was een volksbeweging, die terug wilde naar het oude. d.w.z. herstel van dc Dordtse Kerkorde. Zij stichtte 1834 de Christelijk Gereformeerde Kerk. De afgescheidenen weerden vervolgd met boeten, inkwartiering en gevangenschap op grond van het godsdienstartikel in de grondwet, dat van bescherming van de ‘bestaande’ godsdiensten sprak en met beroep op een verouderd artikel uil Napoleons Wetboek, waarbij vergaderingen van meer dan 20 personen verboden konden worden. Groen van Prinsterer nam het voor hen op en in 1839 werden zij op bepaalde voorwaarden erkend.

Nog lang bleef hun scheldnaam Koksianen . Een deel van de afgescheidenen weck onder ds. Van Raalte en ds. Scholte uit naar Grand Rapids, Michigan, waar ze het plaatsje Holland stichtten. In 1892 verenigden de Christelijk Gereformeerden zich met de → Doleantie tot de → Gereformeerde Kerken in Nederland. Een groep, die zich daarbij niet aansloot, heet nog steeds Christelijk Gereformeerd.LITT . G. Keizer. De afscheiding van 1834 (1934); J.C.Rullman, De afscheiding in de Ned. Hervormde Kerk der 19e eeuw (1934); K.H.Miskotte, Korte nabetrachting over de afscheiding van 1834 (1934); F.L.Bos. Archiefstukken betreffende de afscheiding van 1834 (1939—46); L.H.Mulder, Revolte der fijnen. De afscheiding van 1834 als sociaal conflict en sociale beweging (1973).