Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

stroop

betekenis & definitie

Het begrip stroop heeft 6 verschillende betekenissen:

1) zoete, dikvloeibare stof.
zoete, dikvloeibare stof die verkregen wordt door het inkoken van sap van suikerbieten, suikerriet of vruchten; ingedikt bietensap of vruchtensap.
In toepassing op de bekende dikvloeibare, bruine stroop uit suikerbieten of suikerriet, maar ook in toepassing op andere ingedikte vruchtensappen. Ook in toepassing op de iets vastere, smeerbare producten die als broodbeleg gebruikt worden, bijvoorbeeld appelstroop of perenstroop.

2) stroperige vloeistof.
op stroop lijkende vloeistof; stroperige vloeistof.

3) te gunstige voorstelling.
te gunstige voorstelling van zaken; geflatteerde voorstelling; ook: vleiende woorden; gevlei.

4) iets wat een snelle voortgang belemmert.
iets wat een snelle voortgang belemmert.

5) limonade.
limonade die bereid wordt door vruchtenstroop aan te lengen met water.
Vroeger in Nederlands-Indië.

6) het stropen.
het stropen van wild; stroperij.