Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Milieu

betekenis & definitie

1. (dierk.) Met dit woord duidt men voor een dier de uitwendige levensomstandigheden in de ruimste zin van het woord aan.

Hieronder rekent men dus zowel de invloed, die voeding en verpleging van het drachtige dier op de groeiende vrucht uitoefenen, als de invloed van voeding, verpleging, dressuur enz. t.o.v. het zich ontwikkelende en het volwassen dier.2. (plantk.) Het samenstel van alle factoren van physische, chem., biol. en eventueel psychische aard, die in ruimte of tijd de omgeving van een organisme of levensgemeenschap bepalen. Men kan onderscheiden:

(1) individueel m., d.i. het feitelijke m. van een organisme; (

2) sociaal m., d.i. het feitelijke m. van een vegetatie;

(3) soorts-m., d.i. een abstract begrip, verkregen door generalisatie van waarnemingen van het m. van een aantal tot één soort behorende individuen. Een andere verdeling is die in actueel m., d.i. het m., waarin een bepaalde soort in de natuur wordt aangetroffen, en waarin de amplitudo t.o.v. de abiotische factoren meestal zeer wordt versmald door concurrentie; en potentieel m., d.i. het m. waarin een soort blijkt te kunnen leven wanneer de concurrentie van andere soorten wordt uitgeschakeld (vgl. Absoluut m., Harmonisch m.).