Grafische voorstelling van de leeftijdsopbouw van een bevolking, gesplitst naar mannen en vrouwen. Op de verticale as worden de leeftijden, meestal in groepen van 5 jaar, afgezet, op de horizontale as aan de ene zijde van de verticale as, de aantallen mannen en aan de andere zijde de aantallen vrouwen (in %0) per leeftijdsklasse.
Op deze wijze verkrijgt men een opeenstapeling van staven; de l. is dan ook een, zij het wat ongewone, vorm van een staafdiagram (z. Statistiek).Men onderscheidt 3 types van l.: de zuivere pyramide-vorm, de granaat-vorm en de ui-vorm. Deze zijn m.o.m. representatief voor respectievelijk een groeiende, een stagnerende en een afnemende bevolking. Bij een afnemend geboortecijfer immers zullen de onderste staven van het diagram de neiging hebben korter te worden. Daalt het geboortecijfer zeer sterk, dan zal, ondanks het feit dat de oudere jaargroepen reeds door sterfte enigszins in omvang zijn afgenomen, de jongere groep kleiner in omvang worden dan de daaropvolgende oudere groep en zal dus de uivorm optreden. Men dient er echter rekening mee te houden, dat de vorm van de pyramide niet alleen afhankelijk is van de relatieve omvang van het aantal geboorten, doch ook van de sterftekansen (z. Demografie).