Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Houtstek

betekenis & definitie

Deze methode van stekken wordt toegepast bij gewassen, waarvan het uitgerijpte hout gemakkelijk wortels vormt. Vooral is dit het geval als er goed ontwikkelde wortel-primordia of voor wortelvorming gepredisponeerde plaatsen aanwezig zijn.

Men snijdt de stekken van stengels, die geheel uitgerijpt zijn en op een tijdstip, dat de knoppen nog niet uitlopen. Men kort de stek in tot vlak boven een knop of bij gemakkelijk uitdrogend hout op enige cm afstand van het oog. De lengte welke genomen wordt varieert van 15 tot 25 cm, al naar de internodiën korter of langer zijn.

Men kan de stekken van zeer gemakkelijk wortelvormende gewassen meteen in de volle grond zetten op bedden van ca 120 cm breed, terwijl de stekken zelf afstanden krijgen van 20 bij 20 cm. Na een jaar neemt men ze op en plant ze dan ter plaatse.

Bij vorstgevoelige planten kuilt men de stekken in het najaar in op vorstvrije doch koele plaatsen en zet ze in het voorjaar dan op de stekbedden uit. Moeilijk wortel vormende gewassen worden op bedden met bodemverwarming geplaatst, terwijl men de temp. boven de grond zo laag mogelijk houdt. Ook bundelt men deze stekken wel en plaatst ze dan in kistjes met vochtig turfstrooisel of zaagsel, die in een vochtige, verwarmde ruimte worden gezet. Hebben de stekken callus gevormd dan worden ze in bedden geplaatst en komen het volgend jaar in de volle grond op de definitieve plaats. Men past de methode van h. toe bij verschillende fruit- en siergewassen.

< >