De grond kan door een groep mensen (de familie, de dorpsgenoten, de desa) gemeenschappelijk gebruikt worden of door ieder van hen individueel. Het gemeenschappelijke gebruik was vroeger veel algemener dan thans.
Meestal neemt men aan, dat gemeenschappelijk gebruik een grote belemmering vormt voor technische vooruitgang. In communistische kringen wordt daarover, met verwijzing naar het succes dat in Rush de kolchosen zouden hebben, anders gedacht. Ook de Overheid als vertegenwoordiger van de gemeenschap kan als grondgebruiker optreden (z. Staatsexploitatie). Enkele gemeenten exploiteren grote oppervlakten grond voor gemeentelijke rekening. Het bekendste voorbeeld is de gemeente Groningen, die aan de Dollard 500 ha bouwland en een uitgestrektheid kweldergrond exploiteert en in Ter Apel bovendien een complex van 500 ha bouwland en bos.