Individu met een gunstige erfelijke aanleg, gebruikt als kruisingsouder. Vooral in de laatste jaren is bij de plantenveredeling meer aandacht besteed aan het kiezen van goede g.
Zij hebben des te meer waarde, wanneer blijkt, dat ze homozygoot zijn voor de gunstige genen. Vooral bij het kweken op ziekteresistentie gaat men er steeds meer toe over m.b.v. soortskruising en herhaalde terugkruising g. te maken en deze in stand te houden, ook wanneer zij geen directe cultuurwaarde bezitten. Een g. kan dus een bestaand cultuurras zijn of een slechts voor kweekdoeleinden in stand gehouden genotype. Op vrijwel ieder kweekbedrijf vindt men een aantal g., om daarmede kruisingen te verrichten.