De naam g. wordt gebruikt in tegenstelling tot handelsvee, d.i. vee, dat bestemd is om te worden verkocht. Het g. echter levert prestaties in het productieproces.
Het is in beginsel bestemd om zolang op het bedrijf te blijven, totdat het deze diensten niet meer (of niet meer voldoende ) kan verrichten. Van jonge dieren is niet altijd bekend of ze als gebruiksdier zullen worden aangehouden dan wel zullen worden verkocht. Vb. van g. zijn: werkpaarden, melkkoeien, kippen. De waardering van g. voor de balans geschiedt veelal tegen een vaste waarde, daar de marktwaarde op de balansdatum weinig terzake doet, omdat ze toch niet voor verkoop bestemd zijn.