Het e. van 17 Aug. 1931 aangevuld bij K.B. van 24 Juli ’34 (S. 429) is gegrond op art. 14 der Warenwet. De kippen- en eendeneieren mogen uitsluitend en moeten worden aangeduid met een der volgende aanduidingen: verse eieren, koclhuiseieren, geconserveerde- of kalkeieren, eieren 2e soort en buitenlandse eieren.
Het besluit geeft nader aan wanneer de genoemde aanduidingen mogen worden gebezigd en aan welke eisen de eieren moeten voldoen; evenzo de verplichte stempeling van eieren voor elk dezer aanduidingen behalve verse eieren. De voorgeschreven stempels maken voor elke consument duidelijk, welk ei het betreft. De buitenzijde van de verpakking van eieren, die ten verkoop worden aangeboden, moet behalve bij verse eieren voorzien zijn van een opschrift, dat de aanduiding als boven bedoeld vermeldt. Het bewaren van eieren onder wering van bederf door koeling, inlegging in enige vloeistof of op andere wijze, anders dan voor gebruik van hem, die de eieren bewaart, mag slechts geschieden na schriftelijke kennisgeving aan de burgemeester der gemeente, waarin de inrichting voor bewaren gelegen is. De verordening Kwaliteitscontrole Eieren Binnenland bepaalt, dat Ned.eieren voorzien moeten zijn van het stempel ‘HOLLAND’, met het nummer van de gewichtsklasse, waartoe het behoort ( vgl. Eiersortccrrnachine).
In het Belgisch Staatsblad van 13 Jan. 1954 verscheen het K.B. van 17 Dee. 1953 betreffende de bewaring en de handel in eieren. Het is alleen van
toepassing op kippeneieren. Ieder ei, dat bestemd is om als geconserveerd ei op de Belg. markt verkocht te worden, moet op de schaal met één der volgende vermeldingen gemerkt worden: geconserveerd - conservé, gekoeld - réfrigéré, gestabiliseerd - stabilisé, bedekt - enrobé; wie op de laatste dag van de maand 5000 of meer geconserveerde eieren bezit, moet hiervan aangifte doen bij de N.D.A.L.T.P. (Afzet).
Door ditzelfde besluit wordt de handel in eieren geregeld: de verkoop van niet gestempelde geconserveerde eieren is verboden; de handel in eieren van tweede keus is eveneens verboden wanneer deze niet voorzien zijn van de vermelding 2e keus - 2e choix’. Verse mogen (het is niet verplicht!) de vermelding ‘vers frais’ dragen, op voorwaarde dat ze geen conserverings-bewerking ondergingen, rein zijn, een weinig doorzichtige schaal hebben en een luchtkamer bezitten die minder dan 6 mm diep is.
In de gemeenten of agglomeraties met meer dan 100.000 inwoners (Brussel, Luik, Antwerpen, Gent, Charleroi) is het verboden verse eieren te verkopen die niet op de schaal de vermelding ‘Belgica’ dragen, vergezeld van de cijfers 1, 2, 3, 4, 5 of 6 voor de gewichtsklassen 65 g of meer, 60-65 g, 55-60 g, 50-55 g, 45-50 g en minder dan 45 g (poeljeneieren). De bepalingen betreffende de vermelding Belgica en gewichtsklasse zijn niet van toepassing op de producent, die uitsluitend op zijn bedrijf voortgebrachte eieren verkoopt.
De ingevoerde eieren blijven onderworpen aan de bepalingen van het K.B. van 17 Dee. 1953 betreffende de uitvoer en invoer van eieren. Het is verboden in de verpakking opvulsel te gebruiken dat aan de eieren een abnormale reuk of smaak kan mededelen (b.v. stro of hooi). Om als eierhandelaar en conserveerder ingeschreven en ‘erkend’ te worden, moet men over de voorgcschreven sortcrings-, schouwings- en verpakkings-inrichlingen beschikken.
A. L. H. ROEBROEK/J. G. TUKKER/ A. G. DUMON.