Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 21-01-2021

Cupressus

betekenis & definitie

Maaldhoutgesl. van de fam. der Cupressaceae, waartoe ook behoort Chamaecyparis. De in Ned. soms voorkomende vertegenwoordiger van dit gesl. is C.sempervirens L., uit het Middellandse Zeegebied, met zuilvormige kroon en blauwgroene naalden zonder huidmondvlekken op de achterzijde der twijgen en ongeveer vierkante twijgjes. de schildvormige zaadschubben van het ronde kegeltje zijn van een hoorn voorzien.

Is hier te lande niet voldoende winterhard.C.funebris ENDL. is een uit China afkomstige soort met een overhangende top, die op Java veel als sierboom in parken en vooral als treurboom op begraafplaatsen wordt aangeplant.
C.lusitanica MILL. is een uit Mexico stammende soort, die om zijn snelle groei vaak voor herbebossingen in het bergland van Midden en O. Java is gebezigd. Een bezwaar van deze houtsoort is echter, dat door haar intense schaduw alle ondergroei wordt gedood, wat uit een hydrologisch oogpunt minder gewenst is en verder dat zij door het zeer oppervlakkige wortelstelsel weinig windvast is.

< >