werd als Groninger boerenzoon 29 Nov. 1850 te Pieterburen geboren. In 1871 werd B. ingeschreven als student in de Wis- en Natuurkunde te Leiden en bekwaamde zich na zijn candidaatsexamen te Hallc in de landbouwkunde.
In 1878 leraar in de plantenteelt, veeteelt en zuivelbereiding aan de Rijkslandbouwschool te Wageningen, waarvan in 1885 directeur tot 1916. Onder B.’s leiding groeide de Rijkslandbouwschool tot de Rijks Hogere Land-, Tuin- en Bosbouwschool, die in 1918 verheven werd tot Landbouwhogeschool. Hij had grote belangstelling voor de plantenveredeling. Zijn eerste doelbewuste kruising werd in 1885 verricht. Hij slaagde er in 1901 in de Wilhelmina tarwe te kweken en in 1921 de Juliana tarwe. B. is bekend geworden door zijn kwekersarbeid en behoort tot de pioniers, die de grondslag hebben gelegd van het landbouwonderwijs en het landbouwkundig onderzoek in Ned. Hij overleed 17 Nov. 1936 te Wageningen.