Het toppunt van Nederland

Aad Struijs (2002)

Gepubliceerd op 30-07-2018

Veenwouden

betekenis & definitie

In de Middeleeuwen bouwde de Friese adel naast de houten optrekjes (de staten) stenen verdedigingstorens, de zogeheten stinsen (= steenhuis). Na 1500 werd met stins de gehele adellijke woning aangeduid. Er bestonden twee typen: de toren- en de zaalstins. De enige bewaard gebleven torenstins, de Schierstins, staat in Veenwouden. Zaalstinsen zijn nog te zien in Bolsward, Jelsum, Franeker en Leeuwarden.

Rond de Friese stinsen groeiden vaak bijzondere planten die niet tot de inheemse flora gerekend kunnen worden. Ze werden uit het buitenland meegebracht en verwilderden hier. Men kan deze unieke 'stinsenflora' nog steeds aantreffen bij voormalige stinsen, bij oude boerderijen, op kerkhoven en in tuinen van oude pastorieën. Bekende stinsenplanten zijn helmbloem, wilde tulp, Haarlems klokkenspel, longkruid, sleutelbloem, daslook, krokus, lelietje-van-dalen, wilde hyacint, maagdenpalm en narcis.

< >