Gedroogde kapucijner; - vand. ook in toep. op een klein, gedrongen kereltje.
De ordedienst op de gangen en de trappen werd waargenomen door een onwaarschijnlijk legio van scouts, voor de overgrote meerderheid nog onderkruipsels, alikruiken en kraakamandels en andere kleine turven van ventjes, maar allen met hooggeponste, heldhaftige borsthouding, DAISNE 1948, 39.