Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

fanionploeg

betekenis & definitie

Ter aand. van de groep van topspelers of topfiguren in een bep. sportvereniging, die m.n. voor deelneming aan competitiewedstrijden worden geselecteerd (veelal in tegenst. tot de invallers en de jeugdploegen); kernploeg; in de voetbalsp. bep.: eerste elftal. Daarnaast ook: fanionteam.

Alle elftallen spelen in de kompetities van de KKSFB: de jeugdploegen en de invallers op zondagochtend, de fanionploeg de zondagnamiddag, Gent 19/8/1976, p. 22.

De fanionteams spelen om 16 u. op het Lisp. De provinciale kadettenploegen van beide klubs... zullen vóór de grote broers een wedstrijd spelen, Nieuwsblad 30/4/1977.

Ondanks de onvermijdelijke handicap wegens dienstomstandigheden... wist de fanionploeg van de pompiers toch ieder jaar opnieuw op een ereplaats beslag te leggen, Gazet v. Antw. 28/7/1977.