Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

bijzonderlijk (biezonderlijk)

betekenis & definitie

Vooral, voornamelijk; in het bijzonder.

Mijnheer is een goede vriend van Mijnheer Mornar, juffrouw Germaine, en van Mijnheer Paul bijzonderlijk, den zoon van Mijnheer Mornar, TEIRLINCK-V.D.W. 1928, 16.

Een mens peinst altijd het ergste eerst, want een ongeluk is gauw gekomen, bijzonderlijk als uw volk op ’t vreemde is, STREUVELS 1962, 13.

< >