Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Gepubliceerd op 11-07-2022

Schipbreuk

betekenis & definitie

z.n.v. - Verlies van een Schip dat strandt of vergaat. Het woord wordt zelden anders gebezigd dan als onderwerp van het w.w. lijden of ondergaan.

Zy hebben op een bank schipbreuk geleden. De bepalingen van hetgeen by schipbreuk in acht genomen moet worden zijn te vinden in het Wetb. van Kooph. Boek II, Tit. VII, Art. 545 - 568.Spreekwijze: Schipbreuk lijden. (Missen, of verliezen wat men beöogd of gewenscht had). Zoo: schipbreuk lijden in zijn verwachting. - Zijn uitzichten leden schipbreuk op den tegenzin des mans, van wien de vervulling daarvan afhing.

< >