XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Gepubliceerd op 22-06-2018

Occo's hofje

betekenis & definitie

Occo's hofje - Occo’s hofje, Nieuwe Keizersgracht 94. Er zijn nog ongeveer veertig historische hofjes in A., waarvan het Occo's hofje een van de belangrijkste is. De bouw van dit hofje hebben we te danken aan Cornelia Elisabeth Occo, de oudste dochter van het echtpaar Jan Lucasz. Occo en Maria Agnes Barbon. Zij bepaalde in haar testament in 1752 dat er een "Gebouw van Barmhartigheid" moest worden gebouwd op de plaats voor haar woning.

Dat is na haar overlijden in 1758 gebeurd. In 1774 legde haar kleindochter Maria Gilles, een kleindochter van een verwante van Cornelia Elisabeth Occo, de eerste steen. Dit feit werd in een gevelsteen boven de ingang vastgelegd: "Gods zegen lei den grond, en de Barmhartigheid/van Occo heeft den schat tot deezen bouw gegeeven/Maria Gilles heeft den eersten steen geleid:/Nu kan hier maagd en weeuw gerust en vreedzaam leven". De familie Occo was bij veel mensen in de hoofdstad bekend en reeds in 1537 werd de bankier Pompejus Occo vermeld. Hij had een grote bibliotheek, was bevriend met Erasmus en woonde in de Kalverstraat. Zijn portret hangt in het Rijksmuseum. "Het Gebouw van Barmhartigheid" was in 1781 gereed en bestemd, zoals dat werd beschreven, "ter inwoning van oude behoeftige Roomschgezinde vrouwen, die behalve turf, boter en kaas ook eenig geld genieten bij ziekten". Het negen ramen tellende gebouw valt op tussen de smalle verticale gevels van de ernaast gelegen grachtenhuizen. Het werd oorspronkelijk gebouwd voor 33 vrouwen, maar na een verbouwing in 1898 was het bestemd voor 50 dames die minstens 50 jaar moesten zijn. De ingang van de "Stichting Occo-Hofje", zoals het officieel heet, wordt gemarkeerd door een driehoekig fronton met een adelaar, een paar marmeren vazen en een stoep met vijf treden. Achter de ingang bevindt zich een ruime binnenplaats, waar oorspronkelijk een arduinstenen pomp stond.

Deze is echter sinds lange tijd verdwenen. Een bezienswaardigheid in het Occo's Hofje is de kapel, die van 1816 dateert, een geschenk van de douairière Roest van Alkemade en toegewijd aan de heilige Elisabeth. Van Alkemade had grote interesse voor het hof, dat zij tijdens haar leven al een bedrag van 130.000 gulden had geschonken. Haar portret met twee van haar zoontjes hangt in de regentenkamer, naast de ingelijste Huwelijkszang die zij tijdens haar huwelijk in 1781, als jonkvrouwe Françoise Angélique met Arnoldus Roest van Alkemade, kreeg. Na de verbouwing in 1898 is er nog veel veranderd. Zowel de linker- als de rechterzijde van het hofje is opgeknapt en van alle comfort voorzien. In 1973- 1975 vond een algehele restauratie van voornamelijk de buitenzijde plaats volgens tekeningen van architect J. van Stigt en in overleg met het Bureau Monumentenzorg van A. en de Rijksdienst voor Monumentenzorg. Begin jaren negentig werd het gebouw opnieuw onder handen genomen, deze keer echter voornamelijk aan de binnenzijde.

Voor ruim twee miljoen gulden werden hofje met kapel annex sacristie en het verbonden pand op nr. 92 met de recreatieruimte geheel gerenoveerd. Vele muren werden doorgebroken en zodoende veranderden de 34 kleine huisjes in 25 moderne woningen, uitgerust met allerlei voorzieningen van liften tot en met een gesloten tv-circuit, waarmee bij ziekte op de kamer ook de H. Mis in de kapel kan worden gevolgd. De conciërge van het hofje kan in de aparte conciërgewoning door middel van een centraal waarschuwingssysteem eenvoudig vaststellen, waar zich eventuele problemen voordoen. Midden 1990 begon aannemer Kneppers op basis van tekeningen van architect Geusebroek met de verbouwing van de westzijde van het hofje en begin 1991 kwam als tweede fase de oostzijde aan de beurt. Door de fasering bleef het ongemak voor de bewoners enigszins beperkt. Uiteindelijk kon burgemeester Van Thijn op 29 juni 1991 met het planten van een boom het complex voor gerenoveerd en heropend verklaren. Als dank voor de ondervonden steun van de gemeente schonk de familie Gillès de Pélichy de stad uit het familiearchief een authentieke oorkonde uit 1552, waarin een verre voorvader van de stichteres van het hofje, Sybrandt Pompejus Occo, als schepen van A. optreedt.

LIT. Tom Weerheijm, Robert Lopes Cardozo en Pieter van der Zwan, Hofjes in Amsterdam, 1979, 63 en 86-89; P.J. Margry, In Uijterste Deftigheyt en Perfectie. Onze kunst- en historische archieven in monumentaal Occo's Hofje te A, Bulletin K.N.O.B. 1992-3/4.