XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Gepubliceerd op 22-06-2018

Nieuwendam

betekenis & definitie

Nieuwendam is het dijkdorp van Waterland*. Het ontstond in 1516, nadat de Waterlandse Zeedijk* was doorgebroken. Keizer Karei V decreteerde dat er een nieuwe dam moest worden gelegd, waaraan een nederzetting ontstond. Nieuwendam heeft het meest van alle dorpen in dit gebied zijn Zaanse karakter behouden, al hebben zich in de 20ste eeuw talloze stijlloze bouwsels tussen de oude dorpswoningen ingedrongen en zijn oude voorbeelden van dorpswoningbouw vervangen. Er is nog een aantal oude houten huizen van het Zaanse type, van hout en groen geschilderd.

Het plaatsje had vroeger vele scheepswerven. In 1874 werd het door inpoldering van de Nieuwendammerham van het IJ gescheiden, maar dankzij het Nieuwendammer Kanaal of Zijkanaal K kon de oude nijverheid (vooral jachtbouw) zich handhaven tot de dag van vandaag. Nieuwendam werd in 1921 geannexeerd door A. De wijk Nieuwendam omvat, naast de in de kern middeleeuwse dijkbebouwing, het tuindorp (gebouwd 1920-1930 en 1948-1950) en Buiksloot (1936), de tuinstad Nieuwendam Noord (1963-1968) en de Buikslotermeer (1966-1975). Bij de sluis aan de Nieuwendammerdijk tussen de polder en 't IJ ligt café 't Sluisje, jarenlang het enige café in de verre omtrek. Bij de sluis lag de boekhandel van Fiolet en daarachter bakker Kroes, bekend om zijn duivekaters en de zogenaamde luilakbollen met Pinksteren. Bij de sluis vertrok het Nieuwendammerbootje, een veer naar het Centraal Station. Ook nu is er nog op zomerse dagen een veerdienst die vanaf de Tolhuispont via het Javaeiland en Nieuwendam naar Schellingwoude vaart.

LIT. J.A. Groen jr, Het land rondom Amsterdam, 1969; id., Tussen dijken en dieën, 1971; Madeleine van Dijk-Lely, Migranten van het noorden te Nieuwendam en Amsterdam, M.A. 1986, 76; Bob Fiolet en Nelleke Vogel, Amsterdam-Nieuwendam aan de overkant van het IJ, 1994; J. Lutgert, Als Amsterdam zich over ons ontfermt, O.A. 1996, 251.

< >