Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 25-08-2022

snuiter

betekenis & definitie

(1950) (Vlaanderen, inf.) neus. Syn.: domper*; gaffel*; gevel*; giechel*; gok*; klomp*; klus*; knol*; komkommer*; luifel*; tromp*; vonk*; voorgevel*; zinksnijer*; zoutvat*.

• Snuiter. M. Neus. (L. Lievevrouw-Coopman: Gents Woordenboek. 1950)

< >