(1962) (Vlaanderen, inf.) geen woord zeggen.
• Veroon beet op zijn tanden en zweeg als een ledig huis. „Hebt ge mij verstaan? Ha, ge zegt geen bakkes, ge wilt geen bakkes zeggen? (Julien Kuypers: Heer van Lembeke, rijd aan! 1962)
• (Jack de Graef: Het Antwerps dialect van dezekestijd tot in de 21e eeuw. 1999. 11e druk)
Gepubliceerd op 17-03-2020
geen bakkes zeggen
betekenis & definitie