(2012) (euf. of sch.) een buikje hebben. Vgl. een behoorlijke broekzwaarte* hebben.
• Van mensen met een dikke buik wordt verder gezegd dat ze een bourgondisch voorkomen hebben of een laag zwaartepunt. (Arie Bras & Wim Daniëls: Dakhazen en bretelpiano’s: humor die geen pijn doet. 2012)