(1955) (inf.) die heeft afgedaan.
• Al zijn leven hebben ze daar onze Chrysler te pakken! Dan kunnen we wel inpakken, want dan zijn die twee ontsnapt. (Willy van der Heide: Vreemd krakeel in Californië. 1955)
• ... samen te werken op industrieel gebied, zoals ze dat op politiek gebied doen, dan kunnen wij wel inpakken. militair: (Reinder Blijstra: Zij van ons: vier dialogen. 1965)
• Toen Ajax ook nog met 4-1 verloor kon Coster wel inpakken. (Maarten de Vos: De Ajacieden. 1971)
• Pina Berekamp, jij kunt wel inpakken!!! (Marjan Berk: De dag dat de mayonaise mislukte. 1983)
• We kenne wel inpakken. (A. de Vries: Kladwerk. 1990)
