Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 01-09-2021

de ziekte aan iets hebben

betekenis & definitie

(1937) (ook: de ziekte inhebben) (inf.) ergens de buik van vol hebben; walgen van, verschrikkelijk kwaad worden om iets. Uitdrukking gevormd naar de al oudere zegswijze 'de pest (de p, de pee) aan iets hebben. Pest werd hier vervangen door het algemenere ziekte. Vgl. over de zeik gaan*.

• Nou, toen kreeg Jumbo, zo hiette de olifant van huisuit, reuze de ziekte in, gooide op 't lest z'n kont tege de krib en stapte per ongeluk op een vlooi. (Willem van Iependaal: Lord Zeepsop. 1937)
• Oi, wat zalle ze straks de ziekte in krijge als ik stinkend rijk ben en emmes met me karbauw op de vlakte kom om over het ruiterpad te jakkere. (Willem van Iependaal: Lord Zeepsop. 1937)
• Na vijf, zes vissen – hij heeft een tijdje niks gevangen – krijgt hij de ziekte in. (Cornelis Bastiaan Vaandrager: De Ramblers gaan uit vissen. 2017. Originele titel: De avonturen van Cornelis Bastiaan Vaandrager. 1963)
• Een temeier mag zich nooit helemaal laten gaan bij een klant, anders krijgen die kerels van ze de ziekte in. (Haring Arie: Een leven aan de Amsterdamse zelfkant. 1968)
• ‘Nee,’ antwoordde Lola, ‘ik heb de ziekte aan afstoffen, hè, Total Loss?’ (Miep Diekmann: Total Loss weetjewel, 1973)
• Toen ik die verwenderij aanzag kreeg ik de ziekte in... (Simon Carmiggelt: Bij nader omzien. 1986)
• Van Vliet had zwaar de ziekte in. (NRC Handelsblad, 20/06/1987)
• Ik heb ontzettend de ziekte in als ik zie hoe het in dit land toegaat en zeker als ik kijk naar New York. (Oor, 06/05/1989)
• Iedereen heeft momenteel zwaar de ziekte in, maar erg veel tijd om er bij stil te staan is er niet. (Sport International, mei 1990)
• Ik was er langs en werd toen gewoon in mijn rug geduwd, een zuivere strafschop. Maar omdat het al 7-0 stond, kreeg ik hem niet. Daar heb ik de ziekte in, want ik wil ook weer scoren. (Nieuwe Revu, 19/04/1995)
• Die gast heeft er zwaar de ziekte in, we kunnen hem beter op afstand houden, die gaat los zo. (Remco Daalder: Grafherrie. 2008)
• Hij was voor de oorlog wielrenner geweest, loog hij en had er de ziekte over in dat toen, in zijn tijd, doping niet bestond. (Jan D. Swart, Johan Derksen: Kanjers, culthelden en engnekken. 2014)

< >