Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 18-05-2020

contacten

betekenis & definitie

(1990+) (euf.) geslachtsverkeer. Zie ook: losse* contacten.

• De verdachte zou met minstens vier minderjarige jongens seksueel contact hebben gehad. Tegenover de rechter bekende de man met een van hen vanaf diens elfde jaar een relatie te hebben. De jongen woonde bij de verdachte in huis met toestemming van zijn moeder. Ook met andere kinderen had hij seks. Volgens de verdachte was er niets mis met de contacten en zouden de ouders er van op de hoogte zijn. (Leeuwarder Courant, 22/09/1998)
• Een erotische conversatie per telefoon of internet blaast de relatie nieuw leven in, aldus de directeur van het instituut. Voor het onderzoek hebben bijna 5000 mannen en vrouwen met een relatie op afstand gemiddeld drie keer per week virtuele contacten gehad. (Dagblad van het Noorden, 07/03/2001)
• Het aantal gevallen van syfilis, een geslachtsziekte, stijgt de laatste maanden nog sterker dan vorig jaar. Dat blijkt uit de gegevens van de soa-poli van het Academisch Ziekenhuis Groningen. Momenteel zijn er in de stad zestien gevallen bekend. Het aantal besmettingen is daarmee in de eerste helft van dit jaar al net zo groot als in heel 2001. De toename doet zich voor bij homo-en biseksuele mannen die losse contacten onderhouden. (Dagblad van het Noorden, 09/07/2002)
• Een snel groeiende groep meiden van veertien tot zo'n achttien, negentien jaar komt in grote problemen door met de jongens mee te doen: drank- en drugsmisbruik, veelvuldig spijbelen, winkeldiefstal, geweld. En het leggen van foute contacten, met snelle, uiterst charmante jongens, die zich ontpoppen tot de inmiddels zeer beruchte loverboys. (De Stentor/Zwolse Courant, 07/02/2006)