Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 30-06-2024

act of God

betekenis & definitie

(19e eeuw) (< Eng.) (euf.) overmacht; ramp, iets dat we redelijkerwijs niet kunnen voorzien of voorkomen, bijv. een overstroming, aardbeving enz. Een catastrofe of fout wordt hier toegeschreven aan het Opperwezen. De term roept het beeld op van een ontzag inboezemende Schepper uit het Oude Testament, een God die meer gekend is voor zijn straffen dan voor zijn weldaden en die we dus best behoedzaam benaderen. Deze rechtsterm werd in het Engelse taalgebied voor het eerst opgetekend in 1611.

• De chertepartijen en cognossementen zijn, door de tallooze clausules tot een puzzle geworden. Oorspronkelijk bevatte het cognossement geen clausules. De eerste excepties luidden: l) “he act of God, the kings ennemies, and dangers of the sea." Na 1795 vinden we de uitbreiding: “the act of God, the Kings ennemies, fire and all and every other dangers and accidents of the seas, rivers and navigation, of whatever kind soever excepted." (Vervoer op doorcognossement. 1903)
• Piraten, zeerovers in de Noordzee, wat een onzin, daar gaat het heelemaal niet om. Maar als men de scheepspapieren van zendingen overzee nauwkeurig bestudeert ziet men, dat de verzekering, die de lading dekt, voorzichtiglijk een uitzondering maakt voor „Act of God", mutiny and barratry" The „Act of God" laat zich gemakkelijk begrijpen, dat is de risico, waar de mensch zelfs de heele Nederlandsche marine machteloos tegenover staat, maar niet als de Hollandsche bemanning van de Batavier eens aan het muiten ware geslagen en niet tegen „barratry." Wat is „barratry" of „baratry", zooals ik het ook wel gespeld heb gezien? Niemand zal het u kwalijk nemen als ge het niet weet, want ik heb nog geen landrot ontmoet die er weg mee wist. „Barratry" is ontrouw van een schipper! (Het Vaderland, 19/12/1928)
• Men is het er over eens, dat wij ons ineen uitermate gevaarlijke zone bevinden en dat iedere nieuwe actie een oorlog onvermijdelijker moet maken. Mag men zoo optimistisch zijn te gelooven, dat de demonische krachten ergens tot rust zullen komen, juist vóór de noodlottige grens? Er komen nieuwe „verrassingen”, onweerstaanbaar. Tenzij een „act of God” die verhoedt. (Marcus van Blankenstein: Het getij der beschaving. 1939)
• De deviezencontröle mag dus niet voor een „Act of God” of een wezenlijk machtsmiddel van een regering gehouden worden, zoals het leger of de rechterlijke macht, waartegen slechts anarchistische dwazen zich keren. (Radio-vraaggesprek met en rede van Prof. Dr. W. Röpke. 1949)

< >