Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 09-04-2020

achteruit eten

betekenis & definitie

(1991) (jeugd en sold.) kotsen, braken. De term werd populair gemaakt door cabaretier Harrie Jekkers. Ook wel: in de achteruit zetten.

• (C.A.J. Hoppenbrouwers: Jongerentaal: de tipparade van de omgangstaal. 1991)
• (Marnix en Marjan van Lichtenvoorde: Nieuwe woorden. 1993)
• Eenmaal knetterkaal (dronken) ben je de Sjaak (in de penarie) en wordt het nekken, naar je schoenen schreeuwen of achteruit eten (purgeren) om zo snel mogelijk te wieberen en af te taaien (weg te gaan). (Rotterdams Dagblad, 26/02/2005)
• (Lucie Sedlácková: Neologismen in het Nederlands: de hedendaagse turbo-taal (Een klein onderzoek naar huidige woordvormingsprocédés.) 2005)
• (Militair Jargon in de Telegraaf, 25/06/2010)
• Nekken: kotsen, ook: barfen, achteruit eten, een vloerpizza leggen, de sfinx aanbidden, de porseleinen troon omhelzen. (Mare. Leids universitair week-blad, 14/08/2014)
• Klaas gaat graag snavelen met andere paxen bij Paresto. Zijn lievelingskostje is de blauwe hap op woensdag. Tijdens korte oefeningen krijgen militairen vaak een opa, lupa of dipa mee. Ga je langer dan is het meestal een wol-pakket. Sommigen vinden dat zo vies, dat ze ervan achteruit gaan eten. (https://magazines.defensie.nl/defensiekrant/2017/15)
• ‘Achteruit-eten’ zo noemt cabaretier Harrie Jekkers het in tegengestelde rich-ting afscheid nemen van het diner. Deze Haagse uitdrukking werd de afgelo-pen dagen vaak gebruikt in ons huis. (www.jongenvrij.nl, 22/10/2017)

< >