Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

FREDUM

betekenis & definitie

De misdaad schond, naar oud-vaderlandse opvatting niet alleen de rechtssfeer van de benadeelde en zijn familie, maar ook de openbare rechtsorde, de vrede. Tot herstel van de eerstgenoemde schending betaalde men de boete, zoengeld; tot herstel van het laatstgenoemde het vredegeld, fredum, dat aan de overheid toekwam.

Vaak was een deel van het zoengeld als fredum bestemd voor de overheid.Lit.: K. J. Frederiks, Het Oud-Ned. Strafrecht (Haarlem 1918), Deel I, blz. 432 v.v.

< >