is een in de Oudheid zeer geliefde methode om godenmythen te verklaren. Zij is genoemd naar Euhemeros van Messene, die in een tussen 300 en 270 v.
Chr. geschreven werk (Hiera Anagraphe) in de vorm van een reisbeschrijving de goden tot machtige personen uit de oertijd verklaart, hun mythen tot de lotgevallen van dezen. Wegens hun grote verdiensten heeft men hun goddelijke eer bewezen. De Romeinse dichter Ennius* bracht deze gedachten naar Italië.Als methode is de leer van Euhemeros rationalistisch en onbruikbaar. Zij bevat echter dit element van waarheid, dat inderdaad het geloof in vele goden hun historisch bestaan insloot (daargelaten of het ook inderdaad historisch was). De Christelijke apologeten gebruikten Euhemeros’ methode tegen de heidense voorstellingen. Euhemeros moet een volgeling van Aristoteles zijn geweest.
Lit.: H. F. v. d. Meer, Euhemeros van Messene, diss. Vrije Univ. (1949).