is de naam van een volk in het noordelijke voorland van Abessinië in het bergland aan de Takaze. Zij vormen een enclave van Soedannegers in Aethiopisch gebied.
Cultureel gelijken zij het meest op de oudnegride Soedanvolken en als deze beoefenen zij een intensieve landbouw. Hoewel zij Mohammedaan zijn, spelen in hun democratische maatschappij de regenpriesters nog een grote rol.Lit.: Munziger, Ostafrikanische Studiën (1864); Reinisch, Die Bareasprache (1874).