(van Fr. ballot, balletje; ook Eng. ballot, stemballetje of -kogeltje) is oorspronkelijk een wijze van geheime stemuitbrenging door het deponeren van witte (vóór) of zwarte (tegen) balletjes; een in 1872 in het Engelse Lagerhuis ingevoerd stelsel van stemming ter voorkoming van fraude. Ballotage werd zodoende algemeen het vóór of tegen iemand of iets stemmen door het werpen van een wit resp. zwart balletje in de stembus.
In het spraakgebruik verengde en wijzigde zich het begrip: men duidde er allengs een geheime stemming bij gesloten briefjes mee aan, en dan nog slechts een stemming over personen. Tegenwoordig is het nog alleen de geheime stemming van verenigings- enz. leden over al dan niet toelating van candidaat-leden; wie niet als lid wordt aanvaard, heet „gedeballoteerd”.