Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

AUTOVACCIN

betekenis & definitie

is een vaccin, bereid uit microben of uit stofwisselingsproducten hiervan, welke gekweekt zijn uit een ziektehaard van den patiënt, die er, ter genezing, mede wordt ingespoten. Autovaccins worden o.a. vaak gebruikt ter behandeling van patiënten, die chronisch aan steenpuisten lijden.

< >