Grieks woord, dat eigenlijk „zonder polsslag” betekent, doch dat in het medische spraakgebruik een andere betekenis heeft gekregen. Men bedoelt er tegenwoordig mede toestanden van stikkingsgevaar, gelijk voorkomen bij drenkelingen, bij onder het puin bedolvenen of bij pasgeboren kinderen, die door een moeilijke en langdurige bevalling ter wereld kwamen.
Zulke asphyctische kinderen zijn blauw of bleek en ademen niet, zodat er allerlei maatregelen nodig zijn om de levensgeesten te wekken (z ademhaling, kunstmatige ademhaling). Men spreekt van locale asphyxie indien er plaatselijk een groot zuurstoftekort is door stagnatie van de bloedstroom, bijv. acroasphyxia chronica (z angioneurose).